SAINT-THEODORE
Damprémy, provincie Henegouwen
Deze mijn (1838) behoorde tot de SA des Charbonnages de Sacré-Madame en werd ook "Charbonnage du Bierrau" genoemd. Het was één van de belangrijkste mijnen van deze maatschappij.
De SA des Charbonnages de Sacré-Madame ontstond in 1838. Sinds 1610 werd er reeds steenkool ontgonnen in zogenaamde "cayats" (ondiepe putten). Zo'n eeuw later werd een kolenlaag ontgonnen die de naam "Sacré" had (genoemd naar de exploitant Francois Sacré).
Vanaf 1760 kwam een groot deel van het ontginningsgebied in handen van een zekere Madame Renson. Vanaf dan werd de naam "Sacré-Madame" gebruikt.
In 1864 werd de mijn "Blanchisserie" overgenomen (gesloten in 1961). In 1924 volgde een overname van de Charbonnages de Monceau-Bayemont. In 1930 bedroeg de jaarproductie 340000 ton en had het bedrijf ongeveer 2200 mensen in dienst.
Na de Tweede Wereldoorlog volgde een fusie met Mambourg tot de "SA des Charbonnages du Mambourg, Sacré-Madame et Poirier Réunis". In de jaren '50 van de vorige eeuw bedroeg de jaarproductie rond de 675000 ton steenkool en werkten er gemiddeld 3500 mensen voor het bedrijf.
Daarna volgden crisisjaren met mijnsluitingen als gevolg. De mijnen "Saint-André" en "Saint-Charles" sloten in 1958, gevolgd door "Les Hamendes" en "La Blanchisserie".
Op 31 december 1972 sloot Saint-Théodore uiteindelijk de poorten.
Van deze mijn resten enkel de terrils, alle gebouwen werden gesloopt.